Als ik met mijn zoon in bed nog wat lig te knuffelen voor hij in slaap valt, maak ik een kapitale fout. Ik wéét dat het een risico is, maar ik had het al een paar maand niet gedaan en ik dacht dat hij er misschien ‘uit’ zou gegroeid zijn. Verkeerd gedacht.
Ik heb hem gezegd dat ik van hem houd. Het was een bewogen dag geweest en ik wou hem nog een extra portie liefde geven voor het slapengaan. Ik had beter moeten weten. Een aantal maanden geleden had hij zelf gevraagd om dat niet meer te zeggen als ik bij hem in bed lag. Het maakte hem triest, zei hij. Maar nu was het te laat.
***
Dikke knuffel.
‘Mama houdt heel veel van je.’
‘Je mocht dat niet meer zeggen, mama!’
‘Sorry ventje, mama dacht dat het ondertussen beter zou zijn.’
‘Neen, mama, nu moet ik wéér denken dat je later oud gaat worden en dood gaat gaan. Want je gaat doodgaan hé?’
‘Euh… Ja. Op een dag wel.’
‘En hoeveel kans op honderd is er dat je dood gaat vóór je oud bent?’
Twijfel.
Cijfers.
Hij wil altijd cijfers. Ik weet niet wat ik moet antwoorden, het is om zeep. Hij wordt verdrietig en begint te huilen. En alles wat ik wou, was hem gewoon laten weten dat ik er na zo’n rotdag voor hem was.
***
Het begon al toen we ‘s middags naar de rommelmarkt gingen. Het wandelen was te lang en te saai, maar hij had voor zijn verjaardag een doos Playmobil mogen kiezen. Mama en papa waren ook fan van de retro skihut, inclusief minitiatuurbierglazen en ijspegels aan het dak. We keken de inhoud van de doos wel vluchtig na, maar niet goed genoeg. Dat verdomde vertrouwen in de mensheid ook... Thuis merkte de zoon dat er één van de twee skistokken ontbrak, dat de neus van de sneeuwman verdwenen was en dat het dakje boven de voordeur niet in de doos stak. Eerste ontgoocheling.
Vervolgens wou deze overenthousiaste moeder haar kinderen meenemen naar een luchtballonhappening. Ik had immers zelf nog nooit een luchtballon van dichtbij gezien en ging er voor het gemak van uit dat de kinderen dit ook indrukwekkend zouden vinden. Voor de zoon was het vooral lang wachten (en dus alwéér saai). Toen na 50 minuten wachten de mededeling kwam dat de ballonnen niet zouden opgeblazen worden wegens te veel wind, braken beide kinderen het record ‘instanthuilen’. Tweede ontgoocheling.
Ja, ze moeten met ontgoochelingen leren omgaan, maar nee, deze moeder kan dat niet goed. Dus nam ik hen mee naar de aanpalende kermis en mochten ze samen één attractie uitkiezen. De dochter koos en de zoon volgde. Lees: de durfal koos en het kleine hartje dacht niet na. En moeder ook niet. De attractie zal niet langer dan één minuut geduurd hebben, maar één minuut staren naar de doodsangst van mijn zoon, gecombineerd met de onophoudelijke ijskoude schreeuw: ‘STOOOOPPP’, was voldoende om mij rotslecht te doen voelen. Krijsende zoon van de attractie. Derde ontgoocheling.
Niet alleen de zoon, maar ook deze moeder hing nog maar met haken en ogen aan elkaar.
Dus we hadden elkaar nodig deze avond. Misschien ik hem meer dan hij mij, maar extra knuffels kunnen nooit kwaad. Als ik nu toch maar mijn mond had gehouden…
Nu maak ik me klaar voor een woelige nacht. Hij heeft al voor minder night terrors gehad. Ik probeer niet te streng voor mezelf te zijn, maar op sommige dagen is dat toch een pak gemakkelijker dan op andere. Vandaag is dat moeilijk.
コメント